Leeg of vol
De laatste dagen moet ik veel denken aan het gezegde: “het glas is half leeg of het glas is half vol”. Half leeg heeft daar in deze tijd meestal wel de overhand bij.
De sfeer van optimisme die gedurende de zomermaanden weer wat terug kwam, lijkt helemaal verdwenen. Klein en groot leed is weer aan de orde van de dag.
Berichten over overvolle ziekenhuizen en een grote toename van besmettingen is het landelijke beeld wat de oorzaak is tot opnieuw strenge maatregelen.
En iedereen kent ook wel het kleine leed wat door de maatregelen ontstaat. Zoonlief die veertig wordt is maar gestopt met het voorbereiden van een feest. En ook de andere verjaardagen in ons gezin worden dit jaar over geslagen. Want om met drie gasten een feest te vieren? We zochten naar een goede manier om onze trouwdag te vieren. Een bijzonder jubileum, maar hoe kun je dat nog doen? Ook dat hebben we maar stopgezet. Met de noodzaak tot afstand, het beperkte aantal gasten wat je mag ontvangen en de beperkingen in de horeca laten we die dag maar voorbij gaan. De lol is er wel af net als bij heel veel andere mensen met vergelijkbare ervaringen. Ja, het glas is toch echt half leeg.
Enkele dagen geleden zie ik op een morgen op het veldje aan de overkant van de straat zo’n echte paddenstoel. Rood met witte stippen op de nog gesloten ronde kap. Prachtig om te zien, ook als drie dagen later de kap zich heeft geopend en als een platte schijf op het stammetje staat. Van beide versies neem ik een foto en kan genieten van het mooie beeld.
Dan komt de gemeentelijke grasmaaier langs en als die verdwenen is wil ik foto nummer drie maken van een tot pulp gemaaide paddenstoel. En dan zie ik iets heel bijzonders: op het grote gemaaide gazon staat één paddenstoel. Rood met witte stippen. Wat een klasse dat degene die het gras gemaaid heeft en keurig om de paddenstoel heen gemaaid heeft. Van dat beeld kan ik nog een paar dagen genieten. Het glas is toch half vol, denk ik.
En ik zie een heel ander teken dat het glas half vol is. Het kabinet adviseert begin deze maand om een mondkapje te gaan dragen. Een advies, niet meer en niet minder. Als ik de volgende ochtend naar onze plaatselijk AH moet, heb ik zo’n kapje bij me. Gewoon uit de voorraad die er nog is na een bezoek van een paar dagen aan Duitsland. Daar moet je wel want daar is het verplicht in de supermarkt.
Tot mijn grote verbazing en vreugde loopt op dat moment vrijwel iedereen, klant en personeel, met een mondkapje in de winkel. Wat een geweldig beeld van onderlinge solidariteit. Wat een mooi signaal: we doen het samen!
En dan valt ook de rij bij de bakker weer op. Zes mensen op afstand van elkaar staan buiten te wachten tot het hun beurt is om naar binnen te mogen.
Natuurlijk zijn er tegenvallers. Iedereen kent ze, heeft er mee te maken. Ieder van ons ervaart denk ik wel op de één of andere manier beperkingen. We weten ook allemaal dat dit nog niet over is. Het glas is half leeg, lijkt het vaak.
Daarom is het van groot belang om te kijken en op te letten. De mooie en goede dingen die er zijn, die we kunnen zien. In de natuur, in ons dorp en in de contacten die nog wel mogelijk zijn. Hulde aan de grasmaaier. Hulde aan al de dorpsgenoten met een mondkapje. We lossen het samen op. Het glas is echt half vol.
Teun de Vries