Dindoa
Ik ben 58 en mag dus met een zeker gezag spreken over vroeger. Maar wees niet bang, ik zal niet beweren dat het vroeger allemaal beter was dan nu. Integendeel. Aan vroeger bewaar ik niet de beste herinneringen uit mijn leven. Ik zal u vertellen waarom. De wereld waarin ik opgroeide was verzuild. Was verdeeld in groepen, die naast elkaar ongeveer dezelfde dingen deden, maar dan op basis van een andere overtuiging. Er werden dus andere accenten gelegd. In Sleen waren er slechts twee zuilen en dat maakte het ook wel weer overzichtelijk. Je had de christelijke zuil en de openbare zuil. Vanuit mijn opvoeding zat ik in de christelijke zuil. Daar kon ik verder ook niets aan doen en onbevooroordeeld als je als kind bent, had ik geen enkele moeite met vriendjes, die vanuit hun opvoeding in de andere zuil huisden. Zij hadden dat evenmin met mij. Wisten wij veel. We waren nog onbedorven. Maar de accenten lagen dus wel anders en die werden in christelijke kring sterk bepaald door kerk en geloof, met een som van beperkingen als gevolg. In de openbare sfeer was het allemaal wat makkelijker. Dat lag mij overigens beter, maar het probleem is dat je daar als kind geen invloed op hebt. Ik heb al eens eerder gememoreerd, dat voetballen op zondag in onze zuil niet bespreekbaar was. Op zaterdag bestond die mogelijkheid in Sleen toen nog niet. Gymnastiek was het enige dat door onze ouders als een zinvolle sportieve vrijetijdsbesteding werd gezien. En dus kwam er een christelijke gymnastiekvereniging naast de al bestaande openbare gymnastiekvereniging, die niet eens op zondag maar op een gewone doordeweekse dag gebruik maakte van de sporthal, net als onze christelijke gymnastiekvereniging dat ook deed. Eigenlijk een totaal overbodige vereniging dus en tegelijkertijd een gemiste kans, want je kunt toch maar beter de overeenkomsten zoeken dan de verschillen benadrukken. Het verschil tussen de verenigingen was ook niet groot. We maakten gebruik van hetzelfde wandrek en dezelfde ringen, brug en matten, waar we ook nog eens dezelfde oefeningen op deden. Het enige verschil was, dat de voorzitter van de christelijke gymnastiekvereniging bij de jaarlijkse uitvoering de avond opende met gebed.
Toch was ik wel een beetje trots op ons christelijke gymkluppie. Dat zat hem in de naam. Onze club heette Dindoa. Een fantastische naam. Straalt tegelijkertijd souplesse en kracht uit. Wel even wat anders dan gewoon Gymnastiekvereniging Sleen of IJsvereniging Voorwaarts of Hengelsportvereniging Onder Ons. Van de laatste twee zou je trouwens, zonder dat het opvalt, de naam ook kunnen omdraaien. Nee, Dindoa: door inspanning nuttig door ontspanning aangenaam. Geweldig. Niet te christelijk, maar gewoon calvinistisch zoals heel Sleen in die tijd was.
Harm Jan Geugies