Voor uit, vooruit, voorruit
Mijn lieftallige echtgenote, wellicht kent u haar nog uit mijn vorige columns, wil ons werkkamertje opnieuw inrichten. U kent dat misschien wel, er moeten fris geschilderde wandjes komen. Dit amateur kantoortje moet een nieuwe indeling krijgen, het vloertje dient te worden opgefrist met een fleurig laminaatje en alle rommel moet met spoed worden verwijderd.
Op deze manier krijgt deze ruimte een aangezicht dat er mag wezen, zo betoogt zij. Effectiviteit in werken wordt hierdoor in hoge mate verhoogd. Met een aan ADHD grenzende voortvarendheid begint zij de basis te leggen voor onze vernieuwde huisstijl. Grote hoeveelheden boeken en andere nuttige zaken worden verwijderd richting schuur en container.
Vervolgens word ik voortdurend bestookt met de vraag: “”Dit kan ook wel weg?! En dit heb jij toch ook niet meer nodig!”. Neerslachtig beantwoord ik deze vragen met; “ja hoor gooi maar weg”. In mijn achterhoofd flikkert er wel constant een lampje op dat mij waarschuwt. De waarschuwing luidt; “opgepast dat heb je vast nog wel een keer nodig!”
Als ik dan na een lange werkdag thuis kom zie ik dat de nieuwe huisstijl kennelijk ook aan de buitenkant zichtbaar moet zijn. Er is op het raam een grote poster geplakt met de tekst “NU VOORUIT”. Van die witte letters met een rechthoekige blauwe ondergrond. Er staat dan in het wit en een rechthoekige groene ondergrond ook nog een letter en twee cijfers onder. Mijn vrouw heeft liever niet dat ik deze letter en cijfers benoem dus daarom maar op deze wijze. Eerst denk ik nog, er mist een letter in “vooruit” want die gigantische poster is op onze voorruit geplakt. Dat wordt me toch een beetje te gortig, blauw en groen waren niet de kleur die we voor het kamertje hadden afgesproken. Wit wel, maar toch om dan je voorruit dicht te plakken met een reclameposter voor de aanstaande verkiezingen. Kordaat verwijder ik dit bovenmaats epistel en dreig met een reclameposter op de voorruit van een gerenommeerd merk chocoladepasta. Niet dat ik daar nu zo verzot op ben, maar vrouwlief dus wel.
En nu zit ik daar dan dus, eenzaam en verlaten in een ontmanteld werkkamertje te kijken naar mijn laptop om een column te schrijven met als richtlijn 250 woorden en Sleen gerelateerd. Vervelend van het teveel aan woorden, maar godzijdank is dit stukkie wel Sleen gerelateerd!
Martin F. Kramer