Topsport

1994.
Zwols was nog Zwols, MFC nog gemeentehuis en Dinges was nog niet geopend.
Heel Sleen was in de ban van het feit dat een echte Sleense meid, Geesje Renting (24 jaar), zich bij de open kampioenschappen priksleeën op het bevroren Oranjekanaal te Schoonoord, middels een verdienstelijke derde plaats in de categorie ongehuwde moeders onder de 25, net niet had weten te plaatsen voor de Olympische Spelen te Lillehammer, Noorwegen.

Net in deze hectische periode viel mijn oog op een bericht in de Zwerfkei, een voorloper van de huidige huis aan huis bladen en SleenWeb.
“Gezocht, geïnteresseerden voor een op te richten Jeu de Boules club in Sleen.”
Nu zat mijn eigen topsportcarrière een beetje in de aftrainfase op dat moment, en had ik in een overmoedige bui ooit een eigen jeu de boules baan achter mijn huis naast de vervallen muur van de kapschuur aangelegd, dus ik kan wel zeggen dat ik zwaar geïnteresseerd was.

Na een flinke inventarisatie kreeg ik bericht dat alles doorging, de vereniging zou er komen en de speeldagen werden de dinsdagochtend, en donderdagmiddag. Al ras begreep ik dat de vereniging vooral ging bestaan uit personen die het actieve arbeidsproces achter zich hadden gelaten, iets wat ik bijzonder betreurde, en dat deelname er voor mij niet in zat, want ik werkte nog overdag. Bittere pil, maar wel begrip voor.

Het is een gemengde vereniging geworden, wat in dit geval niet wil zeggen hervormden en gereformeerden, maar mannen en vrouwen, en functioneert vanaf de afgooi meer dan goed. 
Kwijlend sta ik soms voor het raam van mijn praktijk naar de actievelingen te kijken, die in weer en wind, vorst of hitte, gewoon 52 weken per jaar subsidieloos hun sport staan uit te oefenen. Met hier en daar wat stimulerende middelen zoals een magnetische baloppakker, sterke koffie in een thermoskan en wat zit rollatoren, maar alles nog net getolereerd en binnen de marge van de KNJDBB.
En, hoe vaker ik deze mensen bezig zie, hoe meer ik overtuigd ben dat ik, zo gauw ik uitgewerkt ben, lid word van deze vereniging. Was het maar alvast zover.

Ik zal dan een interland regelen tegen de club uit onze Franse partnergemeente Villeneuf du Pape Cinque, waar Sleen goede banden mee onderhoudt omdat mijn overburen daar jaarlijks overnachten op weg naar de Middellandse Zee.
En, wij zullen deze arrogante, in te grote rode voetbalbroeken en vaal witte hemdjes gestoken, alpinopetten dragende, stokbrood en paturain etende Franse mooi weer werpers eens laten zien dat de echte hedendaagse topsport niet op Olympische Spelen in Sotsji, in een nieuwe Emmense overdekte 11 baans hal, of onder de platanen in de Bouillabaisse, maar gewoon rond de kerk op de brink van Sleen bedreven wordt.

Paul Aaldering

Naar archief