Resultaten Vogelweidenestbescherming
Sinds dit voorjaar werken vrijwilligers van de Werkgroep Weidevogelnestbescherming Oosterhesselen nauw samen met agrariërs aangesloten bij de Boermarke van Sleen. De vrijwilligers zoeken de nesten op van weidevogels gelegen op bouwakkers en graslanden, markeren de legsels door voor en achter het grondnest een stokje te plaatsen, en geven aan de grondgebruiker door waar het nest is gevonden.
Het broedseizoen 2021 is voorbij en de nestresultaten van dit jaar zijn bekend. Sinds dit jaar worden de nesten die gevonden zijn ter plaatse met een smartphone digitaal ingebracht en worden na enkele weken de resultaten bijgewerkt. Hiermee kunnen ze de legsels goed volgen en zijn de eindresultaten direct bekend.
In totaal hebben de vrijwilligers 207 weidevogelnesten gevonden en beschermd, vergelijkbaar met vorig jaar toen we 214 legsels hebben gevonden. Het merendeel van de legsels betreft kievieten (86%), daarnaast 15 scholeksters, 9 wulpen, en 2 grutto’s die helaas niet zijn uitgekomen. Van de gevonden legsels is 62% uitgekomen, de overige legsels zijn merendeels gepredeerd (24%) (red: een groot aantal vogels dient tot prooi van andere dieren) of verlaten (7%), zeven legsels zijn bij werkzaamheden op het land verloren gegaan.
Toch blijken de uitkomstresultaten 3% beter te zijn dan vorig jaar. Elk jaar verliezen wij 20 tot 30% van onze legsels door predatie, dat blijft de laatste jaren stabiel, al varieert dat erg per gebied. De vos en zwarte kraai zijn hiervoor merendeels verantwoordelijk maar ook marterachtigen (das, wezel, hermelijn) halen nogal eens een nest leeg. Roofvogels, ooievaars en reigers krijgen ook vaak de schuld, maar deze vogels zijn geen nestrovers, zij richten zich op de jongen die in het veld lopen waardoor alsnog veel pullen verloren gaan.
Toch moeten we vaststellen dat de weidevogelstand afneemt in onze regio, ondanks dat we dit jaar een gebiedsuitbreiding van 10% hadden; onze vrijwilligers waren ook actief in Sleen, Wachtum en Benneveld. Een groter gebied met net iets minder nesten als een jaar geleden betekent helaas een afname van het broedbestand en hiermee sluiten we aan bij de provinciale en landelijke trend van afname van de aantallen weidevogels.
Er hebben zich dit jaar zes nieuwe vrijwilligers aangemeld waarmee we op een totaal komen van 23 enthousiaste vrijwilligers die zich met verve hebben ingezet om de nesten te vinden en te beschermen. In Sleen en de Broeklanden was Ina Nieuwhoff uit Benneveld met enkele andere vrijwilligers wekelijks in het veld bezig met het zoeken van nesten.
Wij kijken terug op een goede samenwerking met de deelnemende 100 agrariërs.
Sinds dit voorjaar hebben wij de beschikking over stroomwildrasters, gesponsord door de vijf Boermarken (van o.a. Sleen) en een bijdrage uit het Gemeentelijk Stimuleringsfonds. Hiermee hebben wij acht wulpennesten kunnen afrasteren om deze te beschermen tegen predatie door de vos. Bij zes legsels met succes: de jongen zijn uitgekomen. Eén nest bleek later verlaten (de eieren waren blijven liggen maar niet uitgebroed). Bij een ander nest hebben we het raster moeten verwijderen omdat de wulp niet over het raster durfde te vliegen om door te gaan met broeden; dit onbeschermde nest is later gepredeerd. Twee derde van de gevonden wulpennesten is op deze manier succesvol uitgekomen, normaliter is dit 20 tot 25%, een mooi succes dus. Agrariërs die hieraan hebben meegewerkt kregen € 100. -- als vergoeding.
Een aantal wulpenjongen zijn geringd, één geringd jong werd zes weken later vijf kilometer verderop in de Krim gezien en eind juli in Zuid-Engeland gespot langs de Tamar River in Cornwall.
Inmiddels zijn ook de voorlopige provinciale resultaten bekend, in vergelijking met andere regio’s in Drenthe steken we gunstig af, provinciaal gezien komen slechts 46% van alle legsels uit, ons uitkomstpercentage van 62% ligt aanzienlijk hoger.
Namens alle vrijwilligers,
Jan Pier Cleveringa
j.p.cleveringa@planet.nl