Genieten van fiets- en wandelroutes

Genieten van fiets- en wandelroutes

Wandelen en fietsen in en rond de dorpen van Coevorden en in de stad Coevorden is in deze tijd een erg aangename bezigheid. Om dit te promoten heeft Fiers zelf een fiets- en wandelboekje samengesteld. Het initiatief is ontstaan omdat de gemeente Coevorden op dit moment Culturele gemeente van Drenthe is.

Fiers fietsroute

Het idee voor dit boekje is ontstaan doordat Coevorden vanaf de zomer 2021 tot en met het jaar 2022 de Culturele Gemeente van Drenthe is. Met dat in ons achterhoofd hebben wij een routeboekje bedacht met fiets- en wandelroutes door de gemeente Coevorden.

Alle routes hebben verbinding met de Fiersscholen. Bij de fiets- en wandelroutes zijn verhalen verzameld. Over de historie, de omgeving van de scholen, maar ook verhalen over de scholen zelf.

Al fietsend of wandelend gaat dit boeiende landschap dan vast nog meer tot de verbeelding spreken! Spraakmakende verhalen voor jong en oud.
Lees over de rijke cultuur van de gemeente Coevorden. Loop en fiets door bos, oude dorpen en langs historische gebouwen. Laat je verrassen door onverwachte
doorkijkjes en kom meer te weten over de omgeving en de geschiedenis van onze scholen. Volg de routes voor de leukste fiets- en voettochten.

Sleen
In Sleen (c.b.s. de Fontein) is er in het boekje aandacht voor Harmans Warming. Warming (1920-2017) was een oude boer in Sleen. Hij woonde aan de Groningerweg. Hij vertelde mij (in het Drents) veel verhalen over zijn leven. Deze verhaaltjes gaan over zijn jeugd. Lees hieronder het verhaal van Jan van Lenthe.

Verhalen van Harmans Warming
Als jongen had je een torenkraai
De klokken gaot zaoterdagaovond um zes uur. Klokken luden. Um de zundag in te luden.
As de wind oet het westen of zuudwesten komt dan kuj ‘t hier goed heuren.
Bij het klokluden met het overlieden is het ok zo.
As kwaojongen bin ik ok wal in de toren west.
Dan kreeg je een torenkrèei. Die maakte je tam. Die bleven bij je, hè. Ka ka ka.
Miestal in de zommer, in de vakantie. Dat ze an de vlucht waren, dat ze oetvleugen, hè.
Die wuurden zo tam.
De naam? Dat weet ik niet meer.
Der waren jongens, die kunnen dat veul beter as ik. Die hadden der wal een stuk of drie.
Ze bleven niet zo lang bij je. Dan vleugen ze toch nog weg. Of ze gungen dood.
Opiens was je ze toch kwiet in de naozommer.
Had je hum een toer had... hij had gien ongeluk had of zo... dan was e toch vottrökken... naor de
groep krèeien, denk ik.
“Ka!!”
Ik luup met Ka um hoes. Van het stookhok naor de keuken. Dan had ik hum op de scholder zitten.
“Weg met dat ding!” zee mien moeder! “Ik wil die torenkrèei niet in hoes hebben!”
Ik sjouwde er as kwaojong overal met hen.
Andere jongens hadden ok een ka. Mar ze wussen toch waor ze wezen mussen!
Rieks Gerding had er ok ien. En Roelof en Hendrik Weideman ok. Mar ze fladderden wat rond en
kwamen toch bij de zölfde weer!
De krèei was miestal op de deel of de koestal. Het vee was ja boeten...
Hendrik Weideman was een jaor older en Roelof een ja
or jonger.
Hendrik Weideman was later de schoenmaker hier.

Digitaal exemplaar
In het boekje is ook een wandelroute te vinden. Over een afstand van 5 kilometer rondom Sleen. Klik hier voor het digitale exemplaar.

Mochten er mensen zijn die het boekje op papier willen, neem dan contact op met de directeur van De Fontein, e-mail: Wilma.geuzinge@fiers.nu. Het routeboekje wordt dan thuisgestuurd/gebracht. 

Naar archief