Vanaf een bankje: Jongbloedvaart
In het voorjaar streek ik voor de eerste keer neer op een wat afgelegen bankje aan de Jongbloedvaart, ter hoogte van de Haarstdiek. Het bankje is niet zo goed te zien vanaf de weg - menigeen zal eraan voorbijgaan zonder het op te merken - maar wie de moeite neemt om zich een weg te banen door het hoge gras en, afhankelijk van het seizoen, het fluitenkruid of de brandnetels, komt terecht in een klein paradijsje voor insecten.
Toen ik er dit voorjaar was, werd het bankje in beslag genomen door vele kleine groene rupsjes en ook een meikever die zelfs meende er de liefde te moeten bedrijven.
Omdat ik dit prille geluk niet wilde verstoren, keek ik staande om mij heen en bedacht me wat een pracht plek dit eigenlijk is. Er loopt een idyllisch paadje langs een hek dat de toegang tot de zandweg die het ooit was, verspert.
De andere kant op, richting Sleen, is de zandweg nog in volle glorie aanwezig en met de aanblik van prachtige, goudgele brem aan weerszijden van de weg bekroop mij een gevoel van nostalgie; zo moet het er hier al bijna 100 jaar lang hebben uitgezien. Tegenover het bankje, aan de andere kant van de Jongbloedvaart, bevindt zich de B&B van de Sleense Joffers. Niet zichtbaar trouwens. Daarvoor moet je een eindje het pad oplopen en dan nog zie je, via een overigens prachtig doorkijkje, alleen het hek naast het huis.
Al mijmerend liep ik terug naar mijn fiets die ik naast de weg in de berm had gestald. Vroeger was hier geen asfalt en de Broeklanden was nog niet ontgonnen. Hoe lang zou het huis aan de Jongbloedvaart hier al staan? Navraag leerde dat de grootouders van Harm Gerding hier gewoond hebben en dat het huis een brugwachterswoning is geweest. Het moet gebouwd zijn omstreeks 1926, in dat jaar werd de Jongbloedvaart namelijk uitgegraven. Harm vertelde mij een paar weken geleden hoe zijn grootvader, Adriaan Tallen, er een bestaan probeerde op te bouwen als brugwachter en hoe hij daarnaast een klein boerderijtje runde met 4 koeien. Er was geen elektriciteit, dat kwam pas in de begin jaren 70 toen de ruilverkaveling in de Broeklanden gerealiseerd werd. Pas toen ook werden de belangrijkste zandwegen verhard.
Harm weet nog goed hoe hij met zijn opa de melkbussen, hangend aan de fiets en hobbelend over de zandweg, naar de melkfabriek in Sleen moest brengen. Ook herinnert hij zich de draaibrug over de Jongbloedvaart die, met twee andere bruggen, in de jaren 60 werd vervangen door een dam met duikers waardoor scheepvaart onmogelijk werd. De Jongbloedvaart is als zodanig dus eigenlijk maar kort in gebruik geweest door vrachtschepen en raakte door de jaren heen dan ook steeds meer begroeid.
Eind augustus fietste ik opnieuw naar het bankje. Er bleek nu meer menselijke bedrijvigheid te zijn, want de Wildmanrun is in voorbereiding en er zijn allerlei obstakels gebouwd in de Jongbloedvaart en de zijsloot bij de Sleense Joffers. Het bankje ligt warempel nog meer verscholen door de brandnetels die er weelderig groeien. Ik wandelde het idyllische paadje een eindje op. De brem is uitgebloeid en heeft plaats gemaakt voor heerlijk ogende, maar nog onrijpe, bramen.
Al gauw blijkt dat het paadje abrupt eindigt bij de laatste hindernis in de Jongbloedvaart. Braamstruiken overwoekeren vanaf hier het wandelpad totaal. Dat wordt een fikse klus voor de fanatiekelingen die de 15 mijl van de Wildmanrun lopen en die vanaf hier de Zwollings moeten bereiken om via Erm terug te keren naar de finish….
Toch jammer, die totale overwoekering…. Hoe mooi zou het zijn om op een redelijke manier (sorry Wildmanrunners) een rondje Jongbloedvaart te kunnen lopen? Zo’n 8 km genieten van prachtige natuur zo dichtbij huis, dat moet toch mogelijk zijn? Ik zou zeggen: Sleeners, sla de handen ineen en maak er (snoei)werk van!
Klik hier voor de foto's.
Verslag en foto's: Femmie Zeewuster